Woordenschat is de verzameling van woorden die een taal of een persoon rijk is. Woordenschat heeft alles te maken met het kunnen spreken, luisteren en lezen. Een ruime woordenschat is belangrijk voor alle taalvaardigheden. De woordenschat van kinderen is verbonden aan het succes op school, begrijpend lezen en het kunnen leren van teksten.

Nieuwe woorden leren en de woordenschat vergroten

Hoe leren kinderen nieuwe woorden en vergroten zo hun woordenschat? Het leren van nieuwe woorden is vergelijkbaar met het bouwen van een netwerk in het hoofd van je kind, met verbindingen tussen woorden die hij wél kent en het woord dat hij nog niet echt kent.

Zo’n verbinding moet een aantal keren gelegd kunnen worden. Daarna moet de verbinding ook nog onderhouden worden. Wanneer dit alles is gebeurd, dan mag je aannemen dat het woord onderdeel is geworden van de woordenschat van je kind.

Het nieuwe woord ‘injectie’ kan bijvoorbeeld verbonden worden met spuit, dokter, ziekenhuis. Wanneer je kind dit woord in deze verbintenis meerdere malen hoort of leest, wordt die verbinding verstevigd.

Het woord ‘injectie’ komt vervolgens die week en de weken erop regelmatig aan bod op verschillende manieren. Altijd met een link naar bijvoorbeeld ziekenhuis of dokter. Dan is de verbinding gelegd en verstevigd en is ‘injectie’ deel geworden van de woorden die je kind kent.

Woorden kunnen dus bijna nooit in één keer geleerd worden. Losse woorden, die het kind niet kan koppelen aan bestaande kennis, kunnen bovendien niet of nauwelijks onthouden worden. Zonder bovenstaand proces zal het erg moeilijk zijn voor je kind om het woord ‘injectie’ te onthouden.

Verschillen in woordenschat tussen kinderen

Naast de verschillen in de omvang van de woordenschat, zijn ook de woordbetekenissen die kinderen kennen vaak behoorlijk verschillend. Ieder kind is anders en dat geldt ook voor de samenstelling van de woordenschat. Een kind die in de natuur opgroeit ontwikkelt een ander pakket woordenschat dan een kind die in de stad opgroeit. Dit pleit voor het individueel aanleren van nieuw woordbetekenissen: leren op maat.

Voor een grote woordenschat is lezen heel belangrijk

Hoe vergroten kinderen hun woordenschat? Deze vraag is eigenlijk vrij simpel te beantwoorden. Van jongs af aan veel met taal bezig zijn: praten, luisteren, benoemen, bespreken, voorgelezen worden, lezen, lezen en….lezen. Voor een grote woordenschat is lezen heel belangrijk.

Op school wordt er verder actief én passief aan het vergroten van woordenschat gewerkt. Passief door te luisteren naar de taal om hen heen en actief door lezen, praten, bezig zijn met het vak taal, schrijven, etc.

Betekenissen van woorden leren

Zelf betekenissen van woorden leren, is erg belangrijk. Het zelf vinden van nieuwe woordbetekenissen. Als kinderen in teksten moeilijke woorden tegenkomen, is het relatief gemakkelijk om ze gewoon op te zoeken. NB: Veel kinderen doen dit niet automatisch uit zichzelf.

Wij bij Dutch for Children proberen de kinderen vooral aan te leren om eerst zélf de betekenis proberen te achterhalen, voordat ze opzoeken. Dit zorgt onder andere voor het leggen van meerdere verbindingen in het hoofd, waardoor het woord én de betekenis beter onthouden wordt.

We geven kinderen de volgende tips:

  • Lees verder door dan het woord. Soms wordt de betekenis door de context duidelijk. Lees vooruit maar ook terug.
  • Let op afbeeldingen. Bij moeilijke woorden in leerboeken staan vaak plaatjes met een onderschrift waaruit de betekenis duidelijk wordt.
  • Lees dus terug of verder. Het kan zijn dat het woord al eerder is beschreven of uitgelegd. Het kan ook zijn, dat dit later in de tekst gebeurt.
  • Kijk naar het deel van het moeilijke woord, wat je misschien wel (her)kent en probeer zo verder de betekenis te achterhalen. Bijvoorbeeld stel je weet niet wat ‘boekenkast’ is, maar je kent wel het woord boeken en het woord kast. Dan kun je ook bedenken dat het een kast is om boeken in te doen.
  • Zoek naar een ander woord voor het moeilijke woord. Het kan zijn dat het woord eerder is beschreven met een ander woord. Dit andere woord noem je een synoniem. Bijvoorbeeld: input en inbreng.
  • Zoek naar een tegenstelling van het moeilijke woord. Soms wordt de tegenstelling samen genoemd met het moeilijke woord, waaruit de betekenis blijkt. Een tegenstelling noem je hier een antoniem. Bijvoorbeeld: input – output.
  • Lukt dit allemaal niet, pak dan een woordenboek of zoek het online op. Bij deze laatste mogelijkheid is het aan te raden om verschillende bronnen te raadplegen. Dit doe je om een voor jou beste omschrijving of definitie te vinden in de context van déze tekst.

Woordenschat oefenen

Lezen is zoals al gezegd dé manier. Je kunt er als je het echt wilt uitbreiden, een vaste routine aan verbinden zoals het bijhouden van een ‘woordenschrift’. Dan ontwikkel je een routine van ‘moeilijke woorden schrijven we op in ons ‘woordenschrift’ en zoeken we op’. Eigen woordenlijsten oefenen is zeer effectief gebleken.

Je kunt woordenschat ook bewust met hen (laten) oefenen.

Hierbij een lijst met enkele zeer bruikbare websites om de woordenschat verder te oefenen. Deze websites zijn ook handig omdat je kind de wijze van vragen naar woordenschat op toetsen aanleert. Helaas nog steeds een noodzaak voor sommige kinderen die moeite hebben met de standaardtoetsen, zoals de Cito.

Daarna volgt een leuk overzicht met woordenschat spelletjes die je met kinderen kunt doen om op een speelse manier de woordenschat te ontwikkelen.

Online woordenschat oefenen groep 8

Woordenschat spelletjes

Woordenschat spelletjes zijn een leuke en speelse manier om woordenschat te oefenen. Hieronder heb ik voor jullie enkele op een rij gezet:

  • Online verschillende spellen
  • Voor de jongsten uit groep 3 woordenschatkwartet
  • Online galgje
  • Online Lingo
  • Galgje op papier of white board met woorden uit eigen gemaakte of online woordenlijst
  • Wie ben ik? Plak een post-it met een woord achterop de rug van je kind.  Laat ze vragen stellen aan jou of een ander kind. De ander mag het woord niet noemen maar mag er wel iets over vertellen.
  • Raad het plaatje: een kind pakt een kaartje met hierop een woord uit de woordenlijst. Hij/zij tekent nu het woord op een papier. De ander probeert het woord zo snel mogelijk te raden.

Meer lezen over woordenschat

Hier kun je meer lezen over begrijpend lezen en het vergroten van woordenschat met handige tips hoe je dit kunt aanpakken.

Wil je meer lezen over (leren) lezen in meerdere talen, lees dan dit artikel op Dutch for Children.

Meer weten over woordenschat vergroten bij Dutch for Children

Zijn er vragen of wil je graag dat je kind met ons aan zijn of haar woordenschat werkt? Neem dan hier contact met ons op.